ARABEL

Belgische Arachnologische Vereniging

Europese Spin van het Jaar 2024

06/02/2024 | Europese Spin van het jaar

De Holenspin (Nesticus cellulanus (Clerck, 1757)) is 20ste Europese Spin van het Jaar

Dubbel jubileum

In het jaar 2000 startten de “Duitssprekende Europeanen” (Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland) met de verkiezing van een spin van het jaar. Dat jaar werd de Waterspin verkozen. Het was echter de vraag van de Belgische Arachnologische Vereniging ARABEL om het initiatief “open te breken”, die aan de basis lag van de verkiezing van een “Europese Spin van het Jaar”. Nadat de Belgen in 2005 samen met de duitstaligen de Huiszebraspin als eerste ‘Europese Spin van het Jaar’ verkozen, volgden snel tal van spinnenverenigingen. Anno 2024 nemen 84 arachnologen uit 27 verschillende Europese landen deel. Dit jaar vieren we dus een dubbel jubileum: 25 jaar ‘Spin van het Jaar’ en 20 jaar ‘Europese Spin van het Jaar’. De volledige lijst van verkozen spinnensoorten sinds het begin van de verkiezing, kan je raadplegen op de ARABEL-website.

Desinformatie

De verkiezing van een spin van het jaar ontstond uit de noodzaak om de talloze onzinnige (en soms waanzinnige) mythes en urban legends over spinnen enigszins te counteren vanuit de overtuiging dat ‘onbekend ook onbemind maakt’. Nog in 2022 verscheen een ophefmakend wetenschappelijk artikel dat aantoonde dat desinformatie over spinnen alom aanwezig is en het efficiëntst gecounterd wordt door spinnendeskundigen aan het woord te laten in de mediaberichtgeving.

De laureaat van 2024: de Holenspin

Foto 1. Vrouwelijke Holenspin met eicocon (foto: Pierre Oger)

De familie van de Holenspinnen telt wereldwijd 291 soorten, waarvan er 58 gemeld zijn in Europa (inclusief  Turkije en de Kaukasus) en voorlopig één in België.

Het lichaam van de Holenspin meet 3,5–6 mm voor de vrouwtjes terwijl de mannetjes (foto 2) met 3–5 mm iets kleiner zijn. De voorste helft van het lichaam is gelig van kleur en heeft een donkere tekening. Het achterlijf is grijzig of gelig met zwarte vlekken en de poten zijn geel-zwart geringd.

Foto 2: Mannelijke Holenspin (foto: Richard Louvigny)

Zoals de naam suggereert, wordt de Holenspin veelal gevonden in grotten, mijnschachten, spelonken en oude keldergewelven. Ze heeft met andere woorden locaties nodig met een koel en vochtig microklimaat. Deze leefplaatsen moeten vorstvrij zijn en mogen geen al te grote temperatuurschommelingen kennen. Daarom kan de soort af en toe ook gevonden worden in open habitats, maar dan wel in holtes van puinhellingen, in donkere, vochtige holtes in de grond, onder mostapijten, in holle bomen of in waterputten. Ze is bijna nergens bedreigd.

De Holenspin bouwt meestal een breedmazig matweb in de holten van grottenwanden, van waaruit vangdraden naar beneden lopen. Het onderste gedeelte van iedere vangdraad is bekleed met een rij kleefstofdruppels. Als een prooi verstrikt is geraakt in de kleefstofdraden, zal de spin er nog meer vangdraden over werpen en uiteindelijk de prooi doden met verschillende gifbeten. Dan takelt ze de prooi omhoog naar het matgedeelte van het web. Typische prooien zijn ongewervelden die op de grond of de wanden kruipen, zoals muggen, kevers, pissebedden,…

Het paringsgedrag is ook bijzonder: voorafgaand aan de paring zal het mannetje tokkelen op het web van het vrouwtje, waarna zij nadert. Na een korte copulatie (foto 3) van slechts enkele minuten, waarbij beide exemplaren omgekeerd aan het web hangen, helpt het vrouwtje het mannetje bij het inbrengen van de pedipalp (mannelijk uitwendig geslachtsdeel).

Foto 3: Copulatie (foto: Richard Louvigny)

De bolvormige rood-gele tot grijze eicocon wordt door het vrouwtje aan de spintepels meegedragen (foto 4) tot de jongen uitkomen. Pas dan wordt de cocon in het web opgehangen.

Alle ontwikkelingsstadia zijn aanwezig doorheen het hele jaar, maar tijdens de zomermaanden worden de meeste volwassen exemplaren aangetroffen.

Foto 4: De eicocon wordt door het vrouwtje meegedragen (foto: Pierre Oger)

Gelijkende soorten

De Holenspin kan makkelijk verward worden met de zeldzamere Bleke holenspin (Kryptonesticus eremita), die -zoals de naam zegt- enigszins lichter van kleur is. De centrale donkere streep die bij de Holenspin ononderbroken van voor naar achteren op het kopborststuk van de Holenspin loopt, wordt bij de Bleke holenspin vanaf het midden een stuk smaller of ontbreekt vanaf daar zelfs volledig. De soorten kunnen echter enkel via studie van de geslachtsdelen of DNA barcoding betrouwbaar van mekaar onderscheiden worden. De Bleke holenspin is tot nu toe nog niet in ons land aangetroffen, maar de kans is reëel dat ze wel reeds aanwezig is.

Waarom werd de Holenspin verkozen als Europese Spin van het Jaar?

De verkiezing was deze keer het gevolg van een vraag door de Association of German Cave and Karst Researchers, die sinds 2009 een ‘grottensoort van het jaar’ verkiezen. De leden van die vereniging opperden het idee om -zoals in 2012, toen de Gewone grottenspin verkozen werd– de grottensoort en spin van het jaar te combineren. Dit voorstel werd aanvaard door de ‘spinnenjury’ (84 arachnologen uit 27 Europese landen). Hiermee willen beide verenigingen het duidelijke signaal geven dat er nog steeds een grote nood bestaat aan bijkomende studie van ondergrondse ecosystemen en de soorten die er leven, en dat de goede samenwerking tussen grottenonderzoekers (speleologen) en spinnenonderzoekers (arachnologen) zou moeten uitgebreid worden.

Met deze keuze van een Europese spin van het jaar, willen we niet alleen een ‘onpopulaire’ diergroep promoten en de aandacht vestigen op belangrijke habitats. In dit geval gaat het om grotten als bijzondere habitats die bescherming verdienen. Tegelijk hopen we dat meer waarnemers oog zullen hebben voor de gekozen soort en deze melden. Die nieuwe verspreidingsinformatie kan voor verschillende doeleinden nuttig zijn.

Ga dus gerust op zoek naar deze intrigerende soort en meldt eventuele waargenomen exemplaren door ze te fotograferen en in te voeren op de meldingssite van Natuurpunt: www.waarnemingen.be.

De coördinatie van de Europese Spin van het Jaar gebeurt door het Naturhistorisches Museum Wien, samen met het ‘Arachnologisches Gesellschaft’ (AraGes) en de European Society of Arachnology (ESA).

Voor België is het de Belgische Arachnologische Vereniging ARABEL die de organisatie op zich neemt.

Christoph Hörweg en Koen Van Keer

>